De Hanzestad Demmin, gelegen in het driestromendal van de rivieren Peene, Tollense en Trebel, is de toegangspoort tot Natuurpark Mecklenburgische Schweiz en Kummerow-meer. In onze regio vind je ongerepte natuur. Daarin liggen getuigen van het verleden, zoals de 1000 jaar oude Ivenack eiken of het kloostercomplex Dargun. Het in 1996 voltooide hotel is direct verbonden met een oude windmolen met acht torens uit 1806, die nu is gerestaureerd.
Eeuwenlang kenmerkten molens het landschap van Noord-Duitsland. Dit was ook het geval in Demmin, aangezien de Hanzestad al sinds de middeleeuwen toestemming had om molens te exploiteren. De molen aan de Pensiner Weg werd in 1806 gebouwd als achtkante torenmolen. Het is een van de oudste bewaard gebleven windmolens in Noord-Duitsland, nog gedeeltelijk uitgerust met de originele inventaris, en staat op de monumentenlijst vanwege de unieke constructie.
De Demminer molen is gebouwd naar Nederlands model en had een galerij voor de wieken van de molenwieken, die later werden omgebouwd tot blindengang, en een koetspoort. Het interieur toont het principe van de hout-op-hout techniek
Houten tanden en kammen grijpen in tussen de houten staven en stokken van de tandwielen. De kap van de molen heeft een draaimechanisme aan de binnenkant om het vleugelkruis tegen de wind te beschermen.
De molen was in bedrijf tot 1921 en verloor zijn wieken in 1932. De molentoren met de beweegbare molenkop had oorspronkelijk houten beschieting, die in 1970 werd vervangen door lambrisering. De molen werd tot 1987 als woonhuis gebruikt en stond daarna leeg.